Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten.
- ninavanvaerenbergh
- 29 nov 2020
- 1 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 24 dec 2020

Dit boek heb ik gekozen voor het vak Nederlands 3.1 ter analyse. De reden waarom ik dit boek heb gekozen is omdat ik wel van de schrijfstijl van Dimitri Verhulst hou. Ooit in een ver verleden heb ik nog de Helaasheid der Dingen van hem gelezen en ik wou nog wel eens iets anders van zijn werk lezen.
Het verhaal gaat over een Senegalese prostituee, Seynabou en is een flashback naar een noodlottige nacht in haar leven. Op een avond komt ze in contact met een wereldberoemd wielrenner, Jens De Gendt. Seynabou gelooft dat Jens anders is dan de andere toeristen, en neemt hem mee voor de nacht. Maar dan slaat het noodlot toe en sterft hij in het midden van de nacht in een vies en vuil hotelletje in de achterbuurten van de stad. Was het zelfmoord? Heeft zij hem vermoord?
Het is een klein boekje, dat je op een paar uur uit hebt gelezen. Het verhaal leest enorm vlot, maar ik vond het moeilijk mij in te leven in het personage, de afstand tot het verhaal was te groot. Ik slaagde er niet in het verhaal te visualiseren. Daarnaast kon ik niet anders dan bij het lezen van het boek voortdurend de vergelijking te maken met Frank Vandenbroucke. Deze is zoals misschien wel geweten onder dezelfde omstandigheden overleden in Senegal. Dit aspect stoorde mij enorm aan het boek, omdat er hierdoor ook geen enkele spanning werd opgebouwd, je wist op voorhand hoe het verhaal ging eindigen. Er was weinig creativiteit, wat ik jammer vond. Het was zeker niet slecht, maar ik heb van Verhulst al zeker beter werk gelezen.

Opmerkingen